Voor een freelancer is zonnig Andalusië een waar paradijs. Ik profiteer van het klimaat, de relaxte levenswijze en het Spaanse werkritme. Ik kan mijn werk uitsmeren over de hele dag, want de zakenwereld draait zowel ’s ochtends als ’s avonds. In de middag ligt het openbare leven grotendeels plat. Tussen twee en vijf zijn veel winkels, bedrijven en kantoren gesloten. Iedereen trekt zich uitgebreid terug voor de lunch én de siësta; een van die kleine geneugten van het Spaanse leven.
Wat een verschil met mijn arbeidsverleden als werknemer in Nederland: negen uur achter elkaar doorwerken, tussendoor een half uur pauze, snel naar de kantine rennen voor een warme hap en direct weer achter de computer, vaak vechtend tegen de slaap.
Mijn Spaanse opdrachtgever Antonio gruwelt van mijn verhalen over de Hollandse arbeidsgewoontes. “Hoe blijf je geconcentreerd met zo’n korte pauze en zonder dutje?”, is zijn brandende vraag. “Waarom geen siësta? Een half uurtje slapen na de lunch en weg is de fysieke en mentale vermoeidheid. Een dutje verhoogt je creativiteit, intuïtie, je verbeelding en je vermogen om problemen op te lossen. Het is goed voor je hersenen. Dingen die belangrijk zijn om te onthouden, zetten zich terwijl je slaapt sterker vast in het geheugen. Je blijft positief en goed gehumeurd. Je batterij is helemaal opgeladen.”
Antonio maakt zich zorgen, want de siësta dreigt in Spanje te verdwijnen vanwege de globalisering. De lange lunchtijd heeft op diverse plaatsen in grote steden zoals Madrid, al moeten wijken voor het Amerikaanse werkschema met een pauze van hooguit een uur.
“Waar zijn we mee bezig?“, stelt hij wanhopig. “Onderzoek laat juist zien dat werknemers veel productiever zijn en meer kwaliteit leveren als ze halverwege de werkdag even een halfuurtje de ogen kunnen sluiten. Globalisering oké, maar laten we de Amerikaanse gewoontes inruilen voor de Spaanse. Overtuig werkgevers van de deugden van een korte slaap, ze kunnen het voelen in hun portemonnee. De siësta is goed voor de economie.”